Er zijn in de loop der jaren diverse verhalen geschreven voor In The Paint, de jaarlijks uitkomende seizoengids van Zorg en Zekerheid Leiden. Veel van die verhalen zijn gericht op het seizoen dat zou gaan beginnen. Toch zijn er ook genoeg artikelen gemaakt die de tand des tijds doorstaan hebben en ook nu nog de moeite van het lezen waard zijn. Zo af en toe zal er op deze site ook een geplaatst worden. Dit keer een dubbelinterview met oud-spelers Bert Kragtwijk en Hans van Rooden. Zij zochten in de tweede helft van de jaren zeventig hun basketbalheil in de Verenigde Staten.

Tegenwoordig gaan veel Nederlandse talenten naar de Verenigde Staten om daar hun geluk op college te beproeven. In de jaren zeventig en tachtig was dat zeker geen gemeengoed. Hans van Rooden vertrok in 1976 vanuit Leiden naar Western Kentucky, Bert Kragtwijk ging in 1979 vanuit Amstelveen naar Old Dominion. Zij waren de pioniers die de grote oversteek waagden.

Op zijn zestiende kwam Hans van Rooden (geboren 14 mei 1957) bij het eerste van BS Leiden terecht. In een team met Richie Cornwall en Bob Heuts. Het jaar daarop kwam Walker Banks als Amerikaan bij de Leidse ploeg spelen. Van Rooden zat toen in zijn laatste jaar atheneum. “Het is allemaal wel leuk hier, maar als je basketbal echt wil leren, moet je naar Amerika. Ik schrijf wel een brief voor je”, herinnert Van Rooden zich de woorden van Banks.

Western Kentucky
Ook Harry Pappas, destijds coach in Leiden, besloot een brief te schrijven. “Dat heeft mijn weg geplaveid. Banks had bij Western Kentucky gespeeld en die schreef een brief aan de coaches. Ik moest nog wel een scholarship zien te verdienen, want die coaches hadden mij nog nooit zien spelen. Ik ben toen naar een kamp van Dave Bing, destijds spelend in de NBA bij de Detroit Pistons, gegaan. Ik speelde mee tegen NBA-spelers als Bob Lanier en Campy Russell. De coaches stonden te kijken en gaven hun ‘go’. Ik ben vervolgens doorgereisd naar Bowling Green, Kentucky. Het was 1976, ik was 19 jaar en had drie jaar eredivisie achter de rug.” OP de foto is Van Rooden te zien met nummer 53.

Voor Van Rooden was de overgang van Leiden naar Western Kentucky een grote stap vooruit. “Het was daar gewoon een klasse beter dan in Leiden. Meer basketbalintelligentie, betere trainingsfaciliteiten, een prachtige hal voor 14.000 mensen. Na een jaar kwam ik even terug naar Leiden en deed mee aan een training. Ik kon toen merken dat ik meer gegroeid was dan dat bijvoorbeeld Peter Kop gegroeid was.”

Westminster College
Bij Western Kentucky mocht de 2.00 meter lange forward in de openingswedstrijd van het seizoen tegen de University of Michigan starten. “Uiteindelijk zakte dat een beetje af. Ik had ook fases van heimwee en had het er niet meer zo naar mijn zin.” Barry Hacker, die ook nog even coach van Van Rooden in Leiden was geweest, bood uitkomst. Hij was coach geworden van Westminster College in Salt Lake City. Van Rooden besloot om over te stappen naar Westminster College. “Ik heb daar goed gespeeld. Daar ben ik ook wel gegroeid als basketballer omdat ik ook echt speelde.”

Na afsluiting van het collegeseizoen, eind februari, haakte Van Rooden aan bij Parker Leiden. Al snel werd hij in de basisopstelling geplaatst naast Mitchell Plaat, Sid Bruinsma, Vic Bartolome en Arthur Collins. Niet voor lang echter. “Ik was nog steeds helemaal maf van basketbal. Op een pleintje brak ik mijn linkerbeen, net boven de enkel. Dat betekende zo vlak voor de start van de play-offs het einde van mijn basketbalseizoen.”

Het verhaal van Bert Kragtwijk (geboren 21 januari 1958) is anders. Als speler van ASVU debuteerde Kragtwijk in het seizoen 1974/9175 in de eredivisie. Nadat hij zijn Havodiploma op zak had, begon de center aan de Heao. Ook maakte hij de overstap naar het Amsterdamse Delta Lloyd. “Onder coach Frank Kales ben ik toen doorgebroken. Helaas heb ik hem maar één jaar als coach gehad.”

Na zijn tweede seizoen Delta Lloyd werd de 2.06 meter lange Kragtwijk door het Leo van der Kar Fonds uitgezonden naar een Five Star kamp in Amerika. “Ik heb twee verschillende weken meegedaan aan dat kamp. Aan het einde van de week hadden we een All Star Game. De hele zaal zat vol met ouders die hun kinderen kwamen ophalen, maar ook met college coaches. Twee weken op rij werd ik uitgeroepen tot MVP. Op zich niet zo uniek, want ik was 19 en de jongens die er waren, waren 17.”

Kragtwijk keerde terug naar Nederland voor zijn derde en laatste jaar Heao. “Na een paar weken werd ik bedolven onder de brieven. Geadresseerd aan Bert Kragtwijk, Amstelveen, Nederland, want ze hadden mijn adres niet. Alle topscholen zaten erbij.” Interessant natuurlijk, maar Kragtwijk koos ervoor om zijn studie af te maken en de stap dan een jaar later te maken, op z’n twintigste.

Marquette
In november 1978 werd hij al gebeld door Rick Majerus, de assistent-coach van Marquette dat het jaar daarvoor het NCAA Tournament had gewonnen. Met Kerst ging Kragtwijk met Mart Smeets naar Amerika. Marquette had hem namelijk een visit aangeboden. “Milwaukee is een hele vieze stad, een hele koude stad in januari en de jongens van dat team kwamen allemaal uit downtown Chicago en downtown New York. Zij hadden maar één doel voor ogen, namelijk overleven via basketbal. Hier heb ik achteraf gezien de grote fout van mijn leven gemaakt. Mentaal had ik zo’n strijd om te overleven nodig, maar ik durfde het niet aan en koos uit zelfbescherming voor Old Dominion. Een goede school, een aardige coach en een nette omgeving. Maar voor mijn mentale vorming had ik een andere keuze moeten maken.”

Old Dominion
Het hoofd van Kragtwijk sloeg helemaal op hol, maar hij moest nog tentamens te doen en ook nog basketballen. Die combinatie is niet goed geweest.” Kragtwijk zakte op één-tiende punt. Dus heeft hij zijn studie eerst afgerond en is nóg een jaar later naar Amerika gegaan. “Ik was toen 21, had vijf jaar eredivisie ervaring, zat al in het Nederlands Team en dan ga je nog college basketbal in Amerika spelen. Je grootste groeicurve heb je dan al lang achter de rug. Eigenlijk is het zinloos. Ik heb daar twee jaar gespeeld, maar voor mijn gevoel niet goed genoeg.” Overigens kwam Kragtwijk met Old Dominion wel in beide seizoenen uit in het NCAA Tournament. In beide gevallen was de eerste ronde het eindstation. In 1980 stond UCLA met Kiki Vandeweghe in de weg, en in 1981 de University of Georgia met Dominique Wilkins.

Bij zijn terugkeer in Nederland speelde de 99-voudig international play-offs voor Delta Lloyd tegen zijn volgende werkgever Parker Leiden. “Als basketballer ben ik er niet beter van geworden, maar ik ben er natuurlijk wel als mens door gevormd. Internet en e-mail bestond nog niet. Elke dag liep je naar de brievenbus in de hoop dat je weer brieven kreeg. Ik heb nog nooit zoveel brieven geschreven, want ik wilde iedereen wel terugschrijven. Eén keer per maand mocht ik vanuit het kantoor van de coach naar Nederland bellen.”

In tegenstelling tot Kragtwijk is Van Rooden er wel een betere basketballer door geworden. “ Maar dat komt misschien ook doordat ik jonger was dan Bert. Vanwege mijn lengte was ik voor militaire dienst afgekeurd. Nou, ik heb mijn militaire dienst daar wel gehad. Ik heb één keer naar huis gebeld en voor de rest zat ik daar in m’n eentje. Ik was volledig op mezelf aangewezen en dat heeft me wel gevormd.”


Amerika BertKragtwijk Collegebasketball Eredivisie HansvanRooden

Meer nieuwsberichten